Transfer to an artificial womb
Increasing extremely premature babies’ quality of life
Each year in the Netherlands, 700 extremely premature children (24-28 weeks) are born. An artificial womb in which a premature baby can stay for 4 weeks could significantly increase the baby’s chances and quality of life. Scientists have been working for years on the design and production of an artificial womb; a ‘new incubator’. This is both a clinical, technological and ethical challenge, and many steps have yet to be taken.
Transferring the baby to the artificial womb poses many challenges. The baby cannot yet breathe oxygen as its lungs are not sufficiently developed; this would lead to brain damage. TUe researchers have devised a procedure using a fluid-filled biobag that enables the baby to be safely transferred to the artificial womb. The biobag is now being extensively tested using an artificial umbilical cord and robotic dolls that look like newborn babies and can respond to oxygen deprivation.
There is also a focus on parents and their child attachment. For example, a draft design of the artificial womb allows parents to stay close to their baby and includes a womb phone so they can listen, or sing a song.
We expect it to take at least 8 to 10 years before the first artificial womb can be safely put into use.
Jaarlijks worden in Nederland 700 kinderen extreem vroeg geboren – tussen de 24 en 28 weken. Een kunstbaarmoeder, waarin een te vroeg geboren baby 4 weken kan blijven, kan de levenskansen en de kwaliteit van leven aanzienlijk vergroten. Er wordt al jaren hard gewerkt aan zo’n kunstbaarmoeder; een ‘nieuwe couveuse’. Een klinische, technologische en ethische uitdaging waarin nog vele stappen te zetten zijn.
Het overbrengen van de baby naar de kunstbaarmoeder kent veel uitdagingen. De baby mag geen zuurstof ademen omdat de longen nog niet zijn volgroeid en omdat er schade aan de hersenen kan ontstaan. Onderzoekers van de TU/e bedachten een procedure met een met vloeistof gevulde biobag, waarmee de baby beschermd naar de kunstbaarmoeder kan worden overgebracht.
De biobag wordt nu uitgebreid getest met een kunstnavelstreng en manikins; robotpopjes die eruit zien als pasgeboren baby’s en die reageren op zuurstoftekort. Er is bovendien aandacht voor de ouders en het hechtingsproces. Zo is er een concept ontwerp van de kunstbaarmoeder waarbij ouders heel dicht bij hun kindje kunnen zijn en een womb phone waarmee ze kunnen luisteren, of een liedje kunnen zingen.
Naar verwachting duurt het nog zo’n acht tot tien jaar voordat de eerste kunstbaarmoeder veilig in gebruik genomen kan worden.
| contact | Frank Delbressine, Juliette van Haren |
|---|---|
| fdelbres@tue.nl - j.s.v.haren@tue.nl | |
| department | Industrial Design |
| website | perinatallifesupport.eu |
| partners | RWTH Aachen, Politecnico di Milano, LifeTec Group, Nemo Healthcare, Máxima Medisch Centrum |